Een meneer in denim outfit in een overvolle trein

Een meneer in denim outfit in een overvolle trein

Glimlachend wandel ik over het gekleurde zebrabad in Utrecht.
Op weg naar Utrecht Centraal. Het was een mooie dag, een mooie bijeenkomst.
Ja, voor een dag waar theorie de overhand kan voeren, is er in de groep al het nodige in beweging gezet, constateer ik.
Observeren, nu nog uitspreken, aanspreken, mompel ik tevreden.
Ik wandel Hoog Catherijne binnen en zie twee lachende mannen in pak met vlinderdas. Ze lachen ook.
Waarschijnlijk ook een mooie dag, denk ik…
Al wandelend kom ik meer mannen in pak met vlinderdas tegen, in setjes van 2.
Ik denk wel dat die bij elkaar horen allemaal, waarom lopen ze niet in groep?
Waar gaan ze naar toe?
Wat maakt dat ze allen zo’n plezier hebben.
Aanspreken, Moniek?
Ondertussen ben ik bij het “check in Moniek” poortje, dat poortje dat tegen de computer van de conducteur praat.
Ik kom geen mannen in pak meer tegen tussen de vele mensen die in of uit een trein gestapt zijn.
De omroepster hoor ik omroepen

“De intercity naar Maastricht komt over enkele minuten binnen”
Mooi, enkele minuten lekker concreet.
Of je haalt het, of net niet.
De conducteur van de enkele minuten trein toetert waarschijnlijk nu aan de reizigers “dat ze even op toestemming wachten om het perron binnen te rijden”.
Op het perron zie ik dat de enkele minuten voorbij zijn, de trein staat te wachten.
Veel passagiers eruit, veel passagiers er in.
In de rij wachtende hoor ik 2 dames overleggen, zullen we wachten op de volgende?
Dan kunnen we zitten?
De instappende omstanders maken de keuze voor de dames.
Ze schuifelen met mij mee naar binnen.
Voor ze het weten staan ze in de veel te volle trein.
Ik schuifel naar de eerste klas, in de hoop dat daar nog een plekkie voor me is.
Helaas.
Dat wordt staan tot Den Bosch, zeg ik hardop tegen een meneer in denim outfit met leren tas.
Ik twijfel of ik op het trapje in het halletje ga zitten, want zitten wil ik eigenlijk wel, merk ik aan mijn voeten, die vanaf 6 uur ‘s ochtends toch zoiets hebben van, leuk die in de uitverkoop gekochte schoenen, maar een maatje groter hadden we nu, na 11 uur, comfortabeler gevonden.
Het halletje is bezet.
Ik overweeg om maar op de grond te gaan zitten, dan krijg ik het aanbod van de meneer in denim met leren tas.
Je mag wel op de leuning zitten hier hoor.
O, dat is fijn zeg ik, vind je dat niet erg?
Naast de denim outfit, zie ik dat de meneer aardig wat tattoo’s heeft, een stevig postuur, een vriendelijk, doch spreek mij niet tegen uitstraling op zijn gezicht.
De vriendelijk dwingende blik schudt nee, dus neem ik plaats op de leuning. Ik zie op de 2 stevige handen de letters AFCA.
Een meneer met denim outfit, leren tas en Ajax fan vermoed ik.
Ik kakel wat over de seinstoring in Nijmegen en dat ik denk dat het daarom zo druk is.
Pak mijn mobiele brigade en tekst naar het thuisfront dat ik in de trein zit.
Ietwat verbaasd over mezelf dat ik op de leuning blijf zitten, observeer ik mijn mede reizigers in de coupé.
Kijken ze nu ook verbaasd naar mij eh ons?
Ik blik maar weer in mijn mobiel.
De AFCA meneer vraagt of ik even op zijn tas wil letten want hij moet naar het toilet.
Natuurlijk, ik bewaak hem met mijn leven, grap ik.
Ik kijk naar de tas op de stoel, overweeg om even op de stoel te gaan zitten.
Besluit dit maar niet te doen, denkend aan de grote AFCA handen, die mij al een pink (leuning) hebben gegund maar niet de hele hand (stoel)
Ik kijk naar de tas, opmerkelijk dat de man een tas heeft.
Het past wel in de eerste klas coupe, deze tas, alleen niet zo bij de meneer in denim.
De meneer komt terug en neemt weer plaats op de stoel.
Hij controleert zijn tas.
Slik, denk ik, hij zal toch niet denken dat…. (het vervolg lees je hier, KKKaaaalllik)